
Koeien en graanschuren, een introductie op de krochten van de financiële wereld
Dit gaat een lang verhaal worden over koeien, schuren met graan en pinda's. Om met die pinda's te beginnen. Ik merk tijdens mijn studie dat mijn idealistische-pinda kant terug begint te komen. Blij mee. Ben aardig benieuwd wat dat de komende tijd gaat worden. Vind dingen als ontwikkelingshulp, gerechtigheid, eerlijke handel belangrijk en heb een schurft aan het morele bankroet van de financiële wereld. Maar doe wel een studie in die richting. Boeiend. Laat me een klein inkijkje geven op waar het binnen mijn studie zo'n beetje om gaat. Op mijn eigen subtiele manier.
- di. 15 apr. 2014 12:30:00
- Dagboek van een Nar
Dit gaat een lang verhaal worden over koeien, schuren met graan en pinda's. Om met die pinda's te beginnen. Ik merk tijdens mijn studie dat mijn idealistische-pinda kant terug begint te komen. Blij mee. Ben aardig benieuwd wat dat de komende tijd gaat worden. Vind dingen als ontwikkelingshulp, gerechtigheid, eerlijke handel belangrijk en heb een schurft aan het morele bankroet van de financiële wereld. Maar doe wel een studie in die richting. Boeiend.
Laat me een klein inkijkje geven op waar het binnen mijn studie zo'n beetje om gaat. Op mijn eigen subtiele manier.
Iedereen heeft een bepaalde vorm van "humor" binnen zijn eigen vakgebied. Zo stond ik enige tijd terug met wat studiegenoten te spreken over banken waar je bitcoins kon opslaan op een rekening en daar derivaten op kon kopen. Hilariteit alom. Maar ik kan me voorstellen dat dat enige uitleg nodig heeft.
Ik begin bij het begin. En daarmee bedoel ik echt het begin. Ik ga op hoge snelheid, dus lees zo traag je wilt:
Vroeger had je koeien. En graanschuren. En soms wilde je een graanschuur, maar had je een koe. Dan kon je ruilen. Omdat een koe niet evenveel waard is als een graanschuur, iedereen weet dat een halve koe evenveel waard is als drievierde graanschuur, werd er goud uitgevonden. Je kon een halve koe inwisselen voor een klomp goud en daar vervolgens weer drievierde graanschuur mee wisselen.
Dit verschijnsel van goud heet een "ruilmiddel"
Later bleek dat al dat goud wat lastig te bewaren was in broekzakken en gingen kasteelheren en andere instanties papiertjes in omloop brengen. 1 papiertje voor 1 klomp goud. Praktisch. Dat was makkelijk opslaan. En nu kon je natuurlijk iedere keer die papiertjes wisselen voor goud om daar een graanschuur voor te kopen, maar omdat iedereen dat kan kon je net zo goed met die papiertjes werken. Zo ontstond papieren goud.
Je hebt het dan over een papieren variant van een schaarse grondstof die gebruikt kan worden om koeien tegen graanschuren te ruilen.
Nu, een tijd later waren er slimme mensen waar je die papiertjes kon bewaren, bankiers heten die. En in plaats van een papiertje heb je dan een getal op een computer (ok, feitelijk was dit voordat er computers waren, maar dit is een blog, byte me). Het slimme van die bankiers was: ze kunnen die getalletjes op computers zo hoog maken als ze zelf willen. Op die manier kunnen ze wel 10, of 100 keer meer geld op accounts zetten dan dat ze feitelijk briefjes bewaren, dit heet fractional reserve banking (http://en.wikipedia.org/wiki/Fractional_reserve_banking). Het gaat alleen fout als er genoeg mensen tegelijk ineens hun briefjes willen in plaats van hun digitale getalletjes, dat heet een bankrun en is dodelijk (http://en.wikipedia.org/wiki/Bank_run). Deze digitale papiertjes noemen we giraal geld. Net als dat goud ingewisseld werd voor papier en je dus net zo goed met papier kon betalen word nu papier omgewisseld voor getalletjes en kan je net zo goed met getalletjes betalen.
We hebben het nu dus over getalletjes op een computer die corresponderen met de belofte van de bank aan jou, om je, papieren te geven, wanneer je daar om vraagt, die vroeger gekoppeld waren aan goud wat een bepaalde waarde uitdrukte in koeien of graanschuren.
Nu is het mogelijk om met deze "digitale papiertjes" andere "digitale papiertjes" te kopen, zoals aandelen. Aandelen zijn digitale papiertjes die jou recht geven op een uitbetaling in giraal geld als een bedrijf winst maakt. Dat noemen we dividend. Ook kan je digitale papiertjes kopen die niet een aandeel zijn, maar jou het recht geven om een aandeel te kopen of verkopen. Dat noemen we opties (http://en.wikipedia.org/wiki/Option_%28finance%29). De waarde van opties is dus niet dezelfde als die van aandelen, maar daar wel van afhankelijk. Er zijn ook andere papiertjes dan alleen opties waarvoor geldt dat ze een bepaalde waarde hebben afhankelijk van bijvoorbeeld aandelen, deze dingen heten derivaten.
Het gaat nu dus om virtuele papiertjes die een bepaalde waarde hebben afhankelijk van de waarde van andere virtuele papiertjes die jou het recht geven op getalletjes in een computer die corresponderen met de belofte van de bank aan jou, om je, papiertjes te geven dat ooit een bepaalde waarde had in een schaarse grondstof waarmee je graanschuren kon inwisselen tegen koeien.
Goed. Nog een stapje. Op enig moment waren er mensen die banken stom vonden en met bitcoins gingen werken. Bitcoins zijn getalletjes in een netwerk van computers die elkaar controleren. Ze hebben enkel waarde omdat er andere mensen zijn die bereid zijn deze getalletjes om te zetten naar echt geld of het accepteren als betaling voor producten. Nu zijn er de afgelopen tijd ook al instituten opgedoken waar je bitcoins kan opslaan op een account. Kortom, je hebt weer de belofte van een soort van bank om jou als je daar om vraagt bitcoins te geven. Deze zelfde instituten handelen ook al in derivaten op bitcoins. Dus bepaalde virtuele contracten die een waarde vertegenwoordigen in bitcoins afhankelijk van de waarde van iets anders (b.v. de wisselkeurs van bitcoins).
Om dus van een kort verhaal een lang verhaal te maken. En dit is waar wij als financiële nerds om moesten lachen.
Dan heb je het dus over virtuele contracten met een instituut, waarbij er bij bepaalde wisselkoersen voor bits en bytes in een netwerk, hogere getalletjes komen op een computer van dat instituut, die je kan inwisselen voor getalletjes op een netwerk van computers op een door jou gecontroleerd adres, dat mogelijk iets waard is omdat er een vage notie is dat er wel eens mensen zouden kunnen zijn die dit willen omwisselen naar getalletjes geregistreerd op een centraal systeem van een bank, die in feite niets anders zijn dan een belofte van die bank aan jou om je, wanneer je daarom vraagt en ze genoeg hebben, papieren briefjes te geven die ooit een waarde in een schaarse grondstof vertegenwoordigden dat als ruilmiddel gebruikt werd zodat je een halve koe voor drievierde graanschuur kon inwisselen.
Dat is (1) hoe ver de financiële wereld bij de reële economie vandaan staat, (2) de langste Pauliniaanse zin die ik ooit geproduceerd heb en (3) ik heb zin in een stuk brood met ham, kan ik van iemand een klomp goud lenen?
Plaats een reactie